Op de kruising van de Champs-Elysées en het Louvre is deObélisque de la Concorde een van de monumenten die je niet mag missen in de hoofdstad. Buitenlandse toeristen kennen het misschien wel van films als The Devil Wears Prada, waarin de hoofdrolspelers er 's nachts vaak omheen rijden, meestal in een luxe auto. Het is een decor dat een symbool is geworden van Parijse chic en elegantie, maar het heeft een geschiedenis.
Oorspronkelijk was het een van de obelisken van de Luxor tempel in Egypte, daterend uit de 19e dynastie en gebouwd in opdracht van Ramses II. De obelisk is gemaakt van syeniet, een magmatisch gesteente, en is 23 meter hoog en weegt 230 ton. Hij is bedekt met hiëroglyfische inscripties, waaronder de cartouche van Ramses II waarin de koning een offer brengt aan de god Amun-Ra. Op de top staat een piramide van 3,60 meter hoog, bekleed met brons en bedekt met bladgoud.
Het monument werd in 1836 verplaatst naar de Place de la Concorde. Het was oorspronkelijk een geschenk van de onderkoning van Egypte, Mehemet Ali, aan Frankrijk als teken van goede wil, met toestemming van Jean-François Champollion. Er werden twee obelisken aangeboden, maar slechts één werd omgehakt en naar Frankrijk vervoerd. In ruil bood Louis-Philippe I in 1845 een koperen klok aan, die nu de citadel in Caïro siert. De tweede obelisk, die Egypte nooit had verlaten, werd officieel teruggegeven door François Mitterrand tijdens zijn eerste zeven regeringsjaren.
Vandaag de dag domineert de obelisk trots de Place de la Concorde, tegenover de Jardin des Tuileries, het Louvre en zijn piramide, een herinnering aan zijn oorsprong. De Obelisk kijkt ook uit op de Madeleine kerk, de Champs-Elysées en het Palais Bourbon en is favoriet bij fotografen en toeristen.
Goed om te weten: volgens de Egyptenaren heeft de klok die in ruil voor de obelisk werd aangeboden nooit gewerkt. Tenminste, dat zeggen de inwoners van Caïro tot op de dag van vandaag, omdat de klok tijdens het transport beschadigd zou kunnen zijn.
