Wanneer je vandaag de dag het Grand Palais bezoekt, vlakbij de Champs-Élysées, denk je vooral aan de grote tentoonstellingen, modeshows of spectaculaire culturele evenementen. Maar tijdens de Grote Oorlog (1914‑1918) werd dit uitgestrekte glazen gebouw omgevormd tot een militair ziekenhuis, een heel andere rol dan die van nu!
Op 2 augustus 1914, slechts één dag na de algemene mobilisatie die werd uitgeroepen om Frankrijk te verdedigen, werd het Grand Palais in beslag genomen door het Franse leger. Aanvankelijk diende het als verzamelpunt voor troepen en materiaal, maar al snel werd duidelijk dat het vooral een dringende behoefte kon vervullen: het opvangen en verzorgen van de vele gewonde soldaten vanaf de eerste weken van de strijd.
Vanaf september 1914 werd het Grand Palais omgevormd tot militair ziekenhuis, waarbij de enorme zalen werden omgetoverd tot verplegingen, geïmproviseerde operatiekamers, slaapzalen en revalidatiewerkplaatsen. Slechts drie weken was er nodig om bedden, sanitaire voorzieningen, leidingen en elektrische installaties onder de grote glas-in-loodkap van het paleis te installeren.
Er kwamen vooral gewonde soldaten aan tijdens de Slag bij de Marne en andere bloedige strijdheden in het begin van de oorlog: infanteristen, artilleristen en zouaven werden vaak direct per trein of ambulance gebracht om ter plekke gestabiliseerd en verzorgd te worden.




Onder leiding van hoofdarts René‑Charles Coppin telde het Grand Palais-ziekenhuis wel 400 medewerkers: artsen, verpleegkundigen, zorgverleners en administratief personeel. Er werden zelfs gespecialiseerde afdelingen voor revalidatie en fysiotherapie opgezet om gewonden te helpen hun mobiliteit terug te winnen — opvallende en vooruitstrevende praktijken voor die tijd.
De kranten van die tijd spraken ook over de « witte engelen », de vrijwillige verpleegsters die zich inzetten om de soldaten te verzorgen en uitgroeiden tot symboolfiguren van de oorlogsinspanningen.
Een bijzonder opvallend feit: gedurende deze periode werden verschillende lokale kunstenaars die niet in het front vochten ingezet om de ziekenhuissalen te decoreren of zelfs medische afdrukken te maken, waarmee de culturele wereld van Parijs zich verweefde met de oorlogsinspanningen.
Na de Wapenstilstand op 11 november 1918 begon het Grand Palais leeg te lopen van zijn patiënten: sommigen konden terugkeren naar het front of naar huis, terwijl anderen werden overgebracht naar andere ziekenhuizen. Het militaire ziekenhuis sloot eind 1919 definitief haar deuren, waarna het gebouw zijn rol als cultureel centrum langzaam maar zeker weer oppikte, met opnieuw tentoonstellingen, salons en artistieke evenementen.
Deze pagina kan elementen bevatten die met AI zijn ondersteund, meer informatie hier.
Plaats
Grand Palais
3 Avenue du Général Eisenhower
75008 Paris 8
Toegang
M° Champs-Elysées Clemenceau























